Nieuws


8 maart 2023

De Skillswallet, het fundament voor het Integrale Skillspaspoort


Een groep technisch specialisten van verschillende organisaties boog zich tijdens een bijeenkomst op 22 februari over de vraag welke basiscomponenten nodig zijn voor een nationaal, integraal skillspaspoort. Mark van Assema, lid van deze werkgroep, doet verslag van hun overleg en conclusies.

Categorie: Onderzoek, Skills Based HR, Integraal SkillsPaspoort
Geschreven door: Mark van Assema

De arbeidsmarktproblematiek oplossen met een meer op skills gebaseerde aanpak. Deze ambitie werd uitgesproken tijdens de startconferentie voor de Nederlandse versie van een integraal skillspaspoort op 30 januari in Amsterdam. Dit leverde ondertussen al 11 experimenten op en is een initiatief van het mbo, de hogescholen en universiteiten in samenwerking met House of Skills, onder regie van de Hogeschool van Amsterdam (HvA) met Hans Cremer als programmamanager.

Lees daarover ook het verslag van deze startconferentie op HRTech Review.

Naar aanleiding van de startconferentie, en als een van de experimenten, kwam op 22 februari een groep technisch specialisten bij elkaar om een standaard te bepalen voor twee van drie basiscomponenten van het integrale skillspaspoort. Dat is in basis goed gelukt, iedereen was tevreden, ook al hebben we maar voor één component een standaard bepaald.

Drie basiscomponenten voor een integraal skillspaspoort

De afkortingen vlogen door de zaal, we gaan er een paar benoemen in dit artikel. Maar ook definities zijn belangrijk. Laten we beginnen met het verschil tussen een skillswallet en een skillsplatform.

Basiscomponenten Integraal SkillsPaspoortDe skillswallet is een persoonlijke, digitale kluis waar alleen de gebruiker de baas over is, net als de portemonnee in je binnenzak. In zo’n digitale kluis zouden op termijn ook andere gegevens kunnen worden opgeslagen zoals bijvoorbeeld je medische of financiële gegevens. Voor de scope van dit experiment beperken we ons echter tot de skills, maar de wallet als basiscomponent is dus veel groter dan alleen skills.

Daartegenover staan de skillsplatformen, een component heel specifiek voor skills. En daar tussenin staat de skills-taal, ook wel taxonomie. Want die wallet en de platformen moeten wel in dezelfde taal met elkaar kunnen communiceren. Daarnaast wordt die skills-taal ook gebruikt in allerlei andere #HRTech / Talent Management tools naast het skillsplatform. Ook die moeten dezelfde taal kunnen spreken, of er moet een (technische) vertaler aan te pas komen. We gaan hierna dieper in op alle componenten.

Het skillswallet overleg

Een skillswallet is dus meer dan een kluis met alleen skills. Het is een technisch veel complexer concept, dat op een heleboel fronten de datawereld van alle consumenten zal gaan veranderen. Een veilige persoonlijke kluis ergens op internet geeft heel veel kansen, maar ook heel veel risico’s en daarmee grote uitdagingen. Bijvoorbeeld: wat te doen met al die veilig opgeborgen persoonsdata bij overlijden van de eigenaar?

Wallet overlegEr zijn wereldwijd maar een aantal initiatieven om zo’n wallet te bouwen. Veel minder dan er alleen al in Nederland initiatieven zijn voor skillspaspoorten. Je hebt onder andere het Solid project van internetoprichter Tim Berners Lee, het Nederlandse Datakluis initiatief vanuit de tv-omroepen met hun schat aan kijkcijferinformatie en ook de EU is bezig met een digitale identiteit.

Een andere initiatiefnemer die vanuit Nederland aan de weg timmert, met een niet-commercieel en vooral ideologisch doel, is stichting Schluss. Zij wonnen onder andere in 2021 de Dutch Privacy Award en hebben met een groep security experts een reeds werkend digitale kluisplatform neergezet. Marie-José Hoefmans, één van de oprichters, gaf een presentatie over het platform en toepassingsmogelijkheden voor ons experiment.

Op de foto de experts die uiteindelijk concludeerden dat Schluss de standaard-basiscomponent voor de skillswallet kan zijn. Belangrijkste argument hiervoor is dat Schluss al voor 85% voldoet aan de eisen vanuit het DDIP, Dutch Decentralised Interoperability Platform, en grotendeels aan de Europese richtlijn ARF, Architectural Reference Framework.

Schluss

Illustratie van de Schluss kluis met rechts de leveranciers van gevalideerde data, zoals ook diploma’s en certificaten van opleiders, en links de gebruikers van data in je kluis. Illustratie door Maus Bullhorst.

Er zijn nog genoeg vragen over wallets te beantwoorden, zoals wat te doen bij overlijden, bij verlies van je kluissleutel, bij diefstal of een digitale aardbeving en rond de ‘digital divide’, voor mensen die niet met dit soort digitale technologie om kunnen gaan, maar wel op basis van hun skills nieuw of ander werk zoeken.

Welke skillstaal, of taxonomie, gaan we gebruiken?

In de wereld van skills wordt ook een eigen taal gesproken, of beter, een eigen ‘skills taxonomie’, of classificatie. Maar net als in de echte wereld worden er in verschillende landen ook verschillende talen gesproken. Zo hebben onder andere de VS, Duitsland, Frankrijk en Vlaanderen een eigen skills-taal ontwikkeld. In Nederland lopen we iets achter, maar krijgen we ook onze eigen taal genaamd CompetentNL, naar het reeds operationele Vlaamse Competent model.

SkillstaalDe EU zag ook het belang van deze skills-ontwikkeling en besloot in 2010 een nieuwe Europese taal te ontwikkelen, iets wat we in de spreektaal nooit zullen hebben. Over deze ESCO taal schreven we al eerder, maar over de al langer bestaande Amerikaanse variant O*NET nog niet.

Daarnaast zien we vanuit de #HRTech wereld dat grote aanbieders van Talent Management tooling als Cornerstone, Workday en SAP SuccessFactors met eigen ontwikkelde skillstaxonomieën komen op basis van de grote hoeveelheid data van de talentprofielen die ze beheren. Die tools worden alleen gebruikt door organisaties intern.

Om een koppeling te kunnen maken naar de persoonlijke skillswallets van de talenten die voor de organisaties werken, zal die ‘interne tooling skillstaal’ vertaald moeten kunnen worden naar eerder genoemde standaarden.

Het skillstaal overleg

De Amerikaanse O*NET versie was volgens sommige deelnemers aan het overleg praktischer toepasbaar, omdat deze meer vanuit beroepen is ontwikkeld en daarmee makkelijker te gebruiken is voor de werkgevers in de experimenten. Daarnaast wordt het model regelmatig getoetst bij werkgevers op actualiteit en zijn in de taal ook de verschillende ervaringsniveaus per skills simpeler ingebouwd.

Anderen waren er voorstander van om ESCO tot standaard te verheffen, omdat deze Europese standaard ook door Nederland is erkend (CompetentNL wordt eraan gekoppeld), dus politiek en voor subsidies logischer. Meer inhoudelijke argumenten zijn dat ook dit model zich snel ontwikkelt en open staat voor input uit dit soort experimenten, dat het via een nieuw initiatief ook gekoppeld wordt aan opleiders en dat het ook gekoppeld is aan het EQF, het European Qualification Framework.

We hebben ook vertalers nodig

Er zijn dus al best veel verschillende skillstalen en er komen er nog bij. Net als in de echte wereld hebben we dan ook vertalers nodig om de technische tools met elkaar te communiceren.

Er wordt hard gewerkt aan allerlei vertaalmachines, via open API’s, tussen de verschillende openbare talen en door de aanbieders van skillspaspoort tools. De aanbieders die in de verschillende experimenten meedraaien zijn echter nog niet allemaal op één of beide standaarden aangesloten. En met die vertalers zou het ook minder cruciaal zijn om op één taal te focussen. Dus we besloten om geen keuze te maken voor een specifieke standaard en dat aan de verschillende experimenten zelf over te laten.

Skillspaspoorten

Voor het gebruik van al die skills is de derde basiscomponent nodig, een skillspaspoort. Voor deze component is het niet nodig om een standaard te kiezen, want net als in een definitieve situatie zullen er vele commerciële opties zijn voor zo’n tool. Bij de meeste experimenten is een van de marktspelers betrokken om met zijn skillspaspoort-tool het experiment uit te voeren. Dat geldt in ieder geval voor eelloo, Fibonacci, MyTalentBoard, SkillsCV en 8vance. Sommige van deze partijen gebruiken al een van de hiervoor genoemde skillstalen of zijn hier druk mee bezig, andere matchen vooral op beschikbare skills of halen die skills met behulp van AI uit ouderwetse cv’s.

In feite kan per experiment dus een ander skillsplatform en skillstaal gebruikt worden, maar zullen ze wel allemaal met dezelfde skillswallet van Schluss aan het werk gaan. Een uitkomst waar de groep deelnemers de middag tevreden mee kon afsluiten.

Geïnteresseerde organisaties kunnen zich nog aanmelden voor de openbare experimenten via deze link.

Groepsfoto 22-2-23-A

Deel dit artikel
Dit artikel is 1715 keer gelezen.

Reacties

 Laat een een reactie op dit artikel achter